Of ik alsjeblieft geen foto’s wilde maken. Die vraag krijg ik eigenlijk nooit, als ik hem krijg is het eigenlijk altijd in verband met copyright. Gezien de tijd waar we in leven vind ik dat een achterhaald concept als het om kunst gaat. Maar ik vraag altijd netjes waarom. In dit geval kreeg ik een heel ander verhaal te horen dan copyright.
Met de opkomst van de fotografie en drukwerk worden we dagelijks belaagd met honderden afbeeldingen van mensen. Mensen in de krant, mensen op de billboards en natuurlijk dat stapeltje reclamefolders waar je toch niet naar kijkt. Bij mij belanden de krantjes en die reclamefolders vaak linea recta de papierbak in. En net als bij mij zullen de meeste weinig waarde hechten aan een afbeelding van een persoon. De tijd dat we een goddelijke poort aanschouwden in een afbeelding van Christus of Maria ligt ver achter ons.
Bij de Tibetaanse Boeddhisten blijkt dat toch een ander verhaal te zijn. Zij geloven dat de geest van de gefotografeerde in het beeld zit. Oftewel, de foto’s zijn net zo heilig als die geestelijke. Die geestelijke zijn Tulku’s, reïncarnaties van belangrijke leermeesters.
Paola Pivi (1971) is begonnen aan het aanleggen van een database van beelden van deze Tulku’s. Inmiddels zijn er zo’n 1100 fotobeelden vanaf de uitvinding van de fotografie tot nu. En die zijn nu te zien bij Witte de With. Allereerst is het natuurlijk imposant om aan de hand van 1 specifiek thema de ontwikkeling van de fotografie te zien. Maar nog veel opmerkelijker is de spirituele of beter gezegd, geestelijke beladenheid van de beelden.
Niet alle foto’s hebben die beladenheid, opvallend genoeg ontbreekt het vooral bij de meer recente beelden. Zou de relatief lange sluitertijd bij die oudere beelden er mee van doen hebben? Of dat het met de hand is ingekleurd? Dat durf ik allemaal niet te zeggen. Maar de beladenheid spat er vanaf. Die beladenheid heeft natuurlijk ook van doen met enige voorkennis. In die zin zou ik ze willen vergelijken met de foto’s van de Sonderkommando’s en de Chinese foltering van Battaile. Nu zijn dat beelden van een totaal andere orde maar vergelijkbaar met de aaneenschakeling in realiteit. Het beeld representeert de realiteit niet alleen maar is daar een onderdeel van. Het is zoals sommige mensen in tranen waren bij de vernietiging van Christussen en Maria’s ten tijde van de beeldenstorm. Niet omdat het beeld was onthoofd maar dat Christus zelf ook geweld werd toegedaan.
Er gebeurt echter bij de foto’s van de Tulku’s nog iets opmerkelijkers dan de werking die het op mij als toeschouwer heeft en dat is de werking van die beelden volgens die cultuur. In het westen is de afbeelding lang een poort geweest naar een spiritueel domein.
Een toeschouwer kijkt naar afbeelding van Christus en krijgt daarmee toegang tot de geest van Christus. Natuurlijk mag hiervoor ook Maria of zelfs God voor worden gebruikt. Het punt is dat de afbeelding nooit gelijk is aan de spirituele entiteit. Deze spirituele entiteit is in principe zelf onbereikbaar.
Nog altijd wordt veel kunst zo beschouwd, als een poort op een al dan niet spirituele werkelijkheid. Voor een gedeelte komt hier ook de problematiek van de autonomie vandaan. Een beeld is niet direct automatisch gekoppeld aan de realiteit.
Bij de Tibetanen is dat juist wel aan de orde. Hierbij kijk je als toeschouwer niet naar een poort tot een afbeelding, maar naar de goddelijke entiteit zelf.
Afgezien van het feit dat een foto niet terug spreekt wordt het beschouwd als de heilige Tulku zelf. Oftewel, de realiteit is gelijkgeschakeld aan de afbeelding.
De betekenis van het beeld is in die context dan ook automatisch een vreemde vraag, dat is bijna hetzelfde als vragen wat je een persoon aan betekenis heeft. Je vraagt ook niet naar wat de betekenis is van je familie, vrienden en buren. Die zijn er simpelweg en hebben in hun hoedanigheid relevantie (of niet). Een heilige heeft altijd respect, in ons Westerse geval zou je de paus zelf niet zomaar in de prullenbak gooien. In ons geval maakt dat met de foto’s die in de krant staan zelf dan niet zo veel uit. Maar bij de Tibetanen dus wel. Vandaar dat mij ook gevraagd werd geen foto’s te maken. En wel om bovenstaande redenen.
De grote waarde van deze tentoonstelling is dan ook niet alleen zo zeer de foto’s die er hangen, en de waardigheid die daar bij hoort. Maar vooral de manier waarop er over die foto’s gedacht worden die zo evident anders is als het Westerse.
De tentoonstelling bij Witte de With te Rotterdam tot en met 5 mei. En ook omdat er hier geen foto’s te zien, het is een aanrader te gaan kijken.
Woops, ziet er naar uit dat ik ergens enkele foto’s van het net moet halen! M.
@Michael, Mocht je nog in Rotterdam zijn binnenkort kan ik je aanraden gewoon even te gaan kijken ;).
Heb ik gedaan hoor, maar ik bedoelde dat ik ook een hoop foto’s van de foto’s op facebook had die heb ik er dus af geflikkerd. Wel jammer, vooral van die van Steven Seagal die er tussen zat.
krachtig!