Flinke stukken klei hangen aan vlastouw aan een houten installatie. Iets verder in de galerie liggen vergelijkbare ladingen klei op een tafel. Het is rauw en doet denken aan hompen vlees. Pas bij nadere bestudering valt op dat het gebakken klei is.
Ondanks het feit dat sommige delen keurig netjes hangen doet het geheel zwaar aan. Daar waar eerder werk van Maartje Korstanje (1982) veel lichter aandeed is hier de massa onmiskenbaar. Die zwaarte in combinatie met het hangen gaat ook de symbolische connotatie aan met het lijdende lichaam van Christus. De geslachte os van Rembrandt en Soutine in het achterhoofd. De twee hompen klei op de tafel lijken verdacht veel op de restanten van koeienkarkassen. De objecten dragen in zekere zin de schuld van de mensheid op zich.
Het is massa waar vormen in verschijnen die toch nergens echt herkenbaar te herleiden zijn buiten een organisch iets. Slechts 1 werk lijkt ergens op, namelijk op de poot van een lam. Verder blijven het hompen vlees. Waar de symbolische connotatie er wel is, is er ook een van leven. Vanuit die woelige hompen vlees lijkt ook iets nieuws te ontstaan. Waar de hangende werken eerder een verval tonen lijken de liggende vormen juist een broeinest van mogelijkheden.
Vanuit de klei werd de mens geschapen, evenals de Golem die snel uiteenvalt in dezelfde klei. Het lijden en het leven liggen heel dicht bij elkaar, in dit geval ligt het leven en hangt het lijden.
De tentoonstelling is nog te bezichtigen tot en met 12 oktober bij Upstream Gallery te Amsterdam.
Fascinerende mooie installatie. Ik ga zeker kijken.