Nog niet zo heel lang geleden schreef ik over een kunstenaar die typografie hanteert in zijn werk om tot beeld te komen. Op bij Tegenboschvanvreden is op dit moment werk te zien van Marc Oosting (1975) die ook noties over typografie gebruikt in zijn werk. Want vaak wordt vergeten hoe tekst naast zijn letterlijke verschijning ook een vorm heeft die ook betekenis heeft.
Het werk van Oosting is tweedelig in zijn verschijning. Er zijn tekeningen te zien en objecten.
De tekeningen zijn teksten waarbij de bovenste twee teksten moeilijk te lezen zijn door gebruik van onlogische tekens. De onderste tekst is in het leesbare Eurotile lettertype. Het zijn poetische teksten bestaande uit drie korte regels. Echt helder ergens naar verwijzen doen ze niet al lijkt er steeds een zintuigelijk aspect aan te zitten in de vorm van voelen, kijken en luisteren.
Het tweede soort werk zijn redelijk kleine blokken marmer, kwartsiet en grafiet. op een gladde zijde zijn CAPTHA codes gezeefdrukt in een verloop waarbij de tekens zijn uitgespaard. De begrippen die voorbij komen verwijzen vaak naar de digitale wereld; iGhost, Cloud en Glitch bijvoorbeeld.
Het is eenvoudig deze combinatie af te doen als een flauw digitaal fenomeen tonen. Ik heb het vermoeden dat Oosting veel meer op zoek is naar hoe we een idee van een tekstueel beeld proberen te herleiden naar betekenis. In de zin dus dat alles onderhevig is aan interpretatie van wat er geschreven staat. In dit geval manifesteren daar vormen van in de digitale wereld die hij vervolgens het kunstdiscours intrekt. Maar het had even zo goed een heel andere vorm kunnen zijn.
Dat maakt dat dit een mooie tentoonstelling is, maar ook dat ik nieuwsgierig ben naar meer werk van de hand van Oosting.
De tentoonstelling is nog tot en met 23 februari te zien bij Tegenboschvanvreden te Amsterdam
Laat een reactie achter;