Het oproepen van andere beelden dan de beelden die er getoond worden. Dat is eigenlijk waarna de titel Invocation of the Great Bear naar verwijst. De drie kunstenaars, Alexis Blake (1981), Dario D’Aronco (1980) en Sanne Vaassen (1991), die hier getoond worden roepen elk op een andere manier beelden op, terwijl ze eigenlijk iets heel anders laten zien.
Het beste voorbeeld is hiervan het werk van Alexis Blake, je ziet vormpjes op een vel papier. Op zich weinig spannends, de beeldtaal is dertien in dozijn. Maar de titel verwijst naar posities van bekende vrouwen uit de (kunst)geschiedenis. Haar film is een compilatie van vrouwen die in de houdingen van bijvoorbeeld de Venus van Botticelli staat. Die beelden gaan met elkaar een relatie aan maar tonen tegelijk ook een heel veld aan beelden die niet te zien zijn, hoe bijvoorbeeld de vrouw in de kunstgeschiedenis steeds terugkomt. Terwijl juist de Venus van Botticelli nergens te zien is wordt dat beeld wel degelijk continue opgeroepen.
Dario D’Aronco roept met zijn werk met twee delen van de schedel de rest van de schedel op, Sanne Vaassen toont een partituur waarvan noten worden weggegeten door slakken maar uiteindelijk toch de partituur voor een groot gedeelte herkenbaar zal blijven. Tenminste, als ze niet te veel eten.
Het is vervolgens alleen nog de vraag of het beeld dat we in eerste instantie zien niet overschaduwt dreigt te worden door hetgeen het oproept, alsof de geesten die je oproept een loopje met je gaan nemen. In dit geval is dat spel met die geesten een belangrijk onderdeel van het werk maar nergens overheersen ze. De Venus van Botticelli zien we wel, maar wordt snel ingewisseld voor een Artemis, Madonna of om het even een ander klassiek schilderij…
De tentoonstelling is nog tot en met 6 juni te zien bij Tegenboschvanvreden te Amsterdam.
Laat een reactie achter;