En ook afgelopen en uit Amsterdam, TegenBoschvanVreden met afsluiting van het seizoen; Heide Hinrichs (1976), Tatiana Macedo (1981), Aldwin van de Ven (1980). Drie kunstenaars waarvan het werk volgens het persbericht draait om “transformatie”. Of dat wel of niet zo is durf ik niet te zeggen. Wat wel opvalt is dat alle drie de kunstenaars een overduidelijk poëtische kant hebben in hun werk.
De werken van Aldwin van de Ven zijn erg divers en ook een enorm raadsel waar ze nu eigenlijk over gaan. Het schilderen van een inktvis is niet echt doorsnee te noemen, het schilderen van een abstract werk naast een opmerkelijk geschilderde schedel… Eigenlijk stelt het mij vooral voor veel raadsels over het beeld zelf. Waarom kijk ik hier in hemelsnaam naar een inktvis?! Gaat het over het schilderen van een beeld? Dat is misschien nog wel het meest plausibele verhaal, maar echt zeker weten doe ik het niet. Als Aldwin van de Ven zelf dit leest, mag hij zeker reageren.
Bij Heide Hinrichs is de transformatie in enkele gevallen heel letterlijk zichtbaar, de afgietsels in dit geval. Ook is er sprake van transformatie van de onderdelen die ze gebruikt in haar werk, ze combineert objecten die in principe totaal niets met elkaar te maken hebben, maar die vervolgens op een bepaalde manier iets met elkaar van doen krijgen. Dat levert poëtische beelden op die vooral veel vragen stellen over het object-zijn van dat object of die objecten. Waarom de combinatie eieren en een kartonnen doos?
Tatiana Macedo fotografeert gordijnen en wat daartussen zit, steeds hetzelfde maar steeds anders. Wat zijn de uitzonderingen op de regel en wat vertellen die? Wat een kleine ingreep kan doen in een beeld… Dat levert een serie prachtige beelden op. Daar valt verder niets op af te dingen.
Laat een reactie achter;