Afgelopen maandag, tweede kerstdag, opende bij Studio van Dusseldorp te Tilburg een groepstentoonstelling. Niet alleen een opmerkelijke datum maar ook een opmerkelijk grote groep van wel 11 kunstenaars.
L.J.A.D Creyghton (1954), Ronald Zuurmond (1964), Harm Jan Boven (1956), Dick van Arkel (1950), Claudy Jongstra (1963), Anke Roder (1964), Caren van Herwaarden (1961), Wil van Dusseldorp, Han Klinkhamer (1950), George Meertens (1957), Marc Mulders (1958), Reinoud van Vught (1960)
Wat levert dat op?
Duidelijk is al snel dat er niet lukraak voor kunstenaars is gekozen. Al deze kunstenaars hebben iets met de fysieke aanwezigheid of afwezigheid van het medium. Daarbij lijkt inhoudelijk een onderzoek naar het sublieme en of het metafysische aanwezig te zijn. Hoe hard het materiaal ook aanwezig is, steeds lijkt er ook een vraag naar een diepere ‘spirituele’ waarde te zijn. Spiritueel in die zin dat het grote vragen lijkt te stellen, niet zo zeer per direct religieus.
Het werk van L.J.A.D Creyghton kan ik me niet herinneren ooit eerder gezien te hebben. Zijn foto’s zijn erg grof van korrel en vervolgens uiterst subtiel van voorstelling. Door de mist lijkt de voorstelling soms in een leegte te verdwijnen.
Ronald Zuurmond is natuurlijk bekend, hard geschilderd maar toch met erg veel gevoel voor esthetiek. De lelijkheid van het schilderen zodat het mooi is.
Wil van Dusseldorp maakt ontzettend cleane, scherpe foto’s. De kunst van het kijken heeft hij zeer zeker onder de knie. Vooral zijn New York #2 is een absolute topfoto met een erg goede compositie.
Harm Jan Boven maakt foto’s van zowel heel concrete dingen als abstracte, waarin ook een metafysische constructie opgezocht wordt; bij de putdeksel bijna letterlijk. Daar wordt namelijk door het licht een ruimte achter de foto gesuggereerd.
Dick van Arkel zijn werk is misschien wel het meest in het materiaal en fysiek op het medium. De takjes maken het werk erg objectmatig en tonen de aard van een schilderij. Ook al is er een landschap afgebeeld, geen moment krijgt de toeschouwer toegang tot dat landschap.
Claudy Jongstra is een textielkunstenares die ook al jaren hard aan de weg timmert. Ze heeft enkele jaren terug een grote duo in de Pont gehad.
Anke Roder was voor mij volstrekt onbekend. Erg esthetisch werk in was, maar nergens te zoetsappig. De combinatie van was met olieverf maakt dat de landschappen een transcendentale kwaliteit krijgen.
Caren van Heerwaarden maakt collages.
Han Klinkhamer schildert landschappen, met de open wonden in de aarde. Daar hoeft verder niets meer over gezegd te worden, die dienen gewoon bekeken te worden.
George Meertens had aan het begin van 2011 nog een solo in De Pont en toonde toen al de kracht van zijn werk. Hier iets monochromer dan toen, maar ook wederom erg strak werk.
Marc Mulders is natuurlijk bekend van zijn schilderwerk en zijn glas-in-lood. Hier toont hij slechts twee schilderwerken en verder vooral veel glaswerken. Deze glaswerken zouden snel verkeerd begrepen kunnen worden, in feite passen ze veel beter bij het inhoudelijke verhaal van Mulders. Het gaat hem overduidelijk niet zozeer om kleur of een materieel machtsvertoon in verf, maar juist een transcendentaal religieuze ervaring (zie ook Verf van Hans den Hartog Jager). Juist door te schilderen op glas wordt de materie doorzichtig en krijgt de afbeelding meer licht, los van de materie. Natuurlijk zijn de schilderijen super, maar zijn glaswerken zijn misschien nog wel beter. In elk geval bijzonderder.
Reinoud van Vucht is hier natuurlijk ook al vaker voorbij gekomen. Hij toont nu geen waterwerken, maar schilderwerken.
Een tentoonstelling waar dus veel te zien is en veel wat op elkaar aansluit. Een goede groepstentoonstelling. Zeer de moeite waard.
Nog te zien tot en met 15 januari bij Studio van Dusseldorp te Tilburg