Normaal gesproken publiceer ik geen fotoverslagen meer als de tentoonstelling is afgelopen. Het gebeurt vaak dat ik het nog net op het laatste nippertje doe maar de keren dat het al maanden geleden is dat de tentoonstelling is afgelopen gebeurt me eigenlijk nooit. Maar toch, sommige presentaties nestelen zich in het achterhoofd en komen dan op een onverwachts moment weer bovendrijven. Ah ja, dat was een goede presentatie, misschien dan toch maar publiceren?
Meestal negeer ik dat soort impulsen omdat het achteraf altijd makelijk praten is. Zoals dat ook bij veel carrieres gebeurt van kunstenaars. Er zijn er genoeg die in de jaren ’80 en jaren ’90 onvermijdelijk waren en ankerpunten voor het discours van dat moment. Inmiddels zijn er velen waar we nooit meer wat van horen. Totdat ze zo oud zijn dat ze ineens weer hip worden.
Er zijn genoeg tentoonstellingen die op het moment dat ze gaande zijn nauwelijks kunnen rekenen op bezoekers of op positieve feedback van critici. Veel stromingen in de kunstgeschiedenis danken hun naam zelfs aan critici die het weg wilde zetten als bijvoorbeeld wilde beesten (fauvisten).
De presentatie van Narcisse Tordoir (1954) van een aantal maanden geleden bleef me bij. Niet omdat het werk zo shockerend inspeelde op actuele kwesties, of omdat het een indrukwekkende immersieve installatie was, of omdat ik geshockeerd de galerie verliet. In tegendeel, het was een redelijk klassieke presentatie van schilderijen aan de wand.
Het werk bleef bij, omdat het een duidelijk vanuit een parcours voort komt waarbij ik stappen gemist heb. Een kunstenaar die al een lange periode bezig is met zijn werk en tot problemen en oplossingen is gekomen waar velen aan voorbij zouden zijn gegaan. Vaak wordt het woord authentiek gebruikt maar dan vooral vanuit romantische noties omtrent het kunstenaarschap. Volgens mij is dat een misvatting, het reproduceren van de allerindividueelsteexpressie van de allerindividueelsteemotie leidt tot nietszeggende algemeenheden. Authenticiteit zit hem in het ergens beginnen, de weg bewandelen en de weg blijven volgen tot waar deze uiteindelijk leidt. Het is fijn om weer eens werk te zien van iemand die ooit ergens een vreemde afslag genomen heeft en stug is blijven doorwerken onderwijl het gesprek aan te blijven gaan.
Het was geen tentoonstelling die zichzelf als logisch ontvouwde, alle vakjes braaf afvinkte. Het was zo’n tentoonstelling die in je achterhoofd blijft zitten. Een referentiepunt voor andere vragen.
Deze tentoonstelling is niet meer te zien bij (re)D gallery te Antwerpen.
Laat een reactie achter;