Het is inmiddels alweer een poos geleden, maar omdat het concept van de tentoonstelling zo goed was, toch nog even hier.
Het concept is simpel, kunstenaars zijn fan van een werk en maken een interpretatie op dat werk.
Dat levert een zeldzaam inzicht in invloeden van kunstenaars maar ook waar zij de verschillen maken. Welke aspecten van het origineel nemen ze over en welke niet?
Bijna onmisbaar in de ruimte is de enorme vorm met van dat isolatieplastic van Amie Dickie die Louise Bourgeois doet, maar dan met wat meer goud en wat minder beeld.
Geïnspireerd op Lincoln, toch ietsjes anders dan het origineel.
Carla Klein doet een Henri Jacobs, het is bijna niet zichtbaar hoe de link zit, maar het heeft te maken met de verspreiding van de bolletjes vermoed ik zo…
Charlotte Schleiffert is een van de kunstenaars die bijna onzichtbaar het werk geïnspireerd heeft op anderen. Alleen de foto van Araki is nog duidelijk zichtbaar door de positie van het figuur. Maar iedereen die die werken niet kent, zou niet zeggen dat het van anderen af komt. Ofwel, ze heeft het helemaal naar zichzelf getrokken. Mooi.
V&B doen Alex Tennigkeit, ik vraag me alleen af waarom ze de typische V&B sokken niet hebben overgenomen?
Simon Schrikker maakt er een lekkere serie schilderwerkjes van.
Damien Hirst wordt wat Nederlandser door Martijn Engelbergt
On Kawara op papier, het is toch een ander ding in de handen van Marcel van Eeden. Mooi te zien dat ook een letterlijke cover in de handen van een ander medium een ‘anders’ beeld oplevert.
Marc Bijl weet overal een Marc Bijl van te maken, typische typografie met wat zwarte druipers. Of misschien had hij het al gewoon staan?
Het werk van Harold de Bree zou moeten linken naar dat van Jake & Dinos Chapman, ik zie het niet en het blijft vooral veel piepschuim. Maar, het zou een heel indrukwekkende filmset kunnen zijn op schaal aan de binnenkant.
Hester Scheurwater hanteerthaar eigen bekende vorm, maar gebruikt de beeldtaal van Maplethorpe. Ofwel, het wat is bewaard gebleven maar de perfecte esthetische afwerking wordt ingeruild voor een rauwe sfeer die neigt naar kiekjes. Typisch Scheurwater die toch duidelijk weet te linken naar Maplethorpe maar toch overduidelijk Scheurwater blijft.
Iris van Dongen covert min of meer zichzelf als Kimberly Clark.
Conceptueel het meest boeiende werk is het werk van Joncquil. Doorgaans geen conceptueel schilder maar hier toont hij niet eens een schilderij maar een foto gemaakt door Peter Cox, met niet 1 maar 2 ‘covers’. Allereerst is er de echte Philip Wouwermans, dan een reproductie die er al nauwelijks meer op lijkt, en dan vervolgens Joncquil zijn zwart-wit versie. Het gaat dus duidelijk om de reproductie van het werk en de veranderingen. Daarbij is het uiteindelijk een foto en deze is op diverse plekken te downloaden en te signeren door de kunstenaar (je dient enkel en alleen de reiskosten vanuit Den Haag te betalen, geen geld voor een tof werk).
De tentoonstelling is dus niet meer te zien bij NEST, maar het is een erg sympathiek concept dat eigenlijk een vervolg verdient. Wat zijn de inspiratiebronnen voor kunstenaars, en hoe gaan ze daar mee om. Waar ligt de focus van het beeld, en waar lag het. Niet overal hoeft dat direct heel erg goed bijzonder werk op te leveren, maar het is erg boeiend om te zien hoe deze kunstenaars met hun idolen omgaan. Of de gedachte “I Should Have Done That”. Dat heb ik ook wel eens.
Jammer van dat kaartje. Het werk is naar aanleiding van een schilderij van Dana Schutz, ‘Face Eater’…
http://mcgruffpress.blogspot.com/2009/01/dana-schutz-face-eater.html
@SS, dank voor de toevoeging! Ik zet het er bij.
🙂 kleine tekeningetjes tellen niet mee 😉 ?
leuk concept!
@Iris, ik maak meestal overal foto's van maar publiceer niet altijd alles. (Daarbij zijn tekeningen altijd lastig te fotograferen, zeker als ze ingelijst zijn 😉 )