Het grote voordeel van Maastricht is dat het zo centraal ligt. In Amsterdam begrijpen ze dat niet helemaal want daar denken ze vaak dat Amsterdam het centrum van de wereld is. Vanuit Maastricht ben je zo in Brussel, Keulen, Luik en Aken. Niet dat dat de centra van de wereld zijn, maar je hebt sneller een breder palet gezien als wat in Amsterdam gedurende een jaar aan je voorbij trekt.
Dus, tezamen met een andere participant van de Van Eyck ben ik een dag naar Aken geweest. Daar bezochten we onder andere het Neuer Aachener Kunstverein, een compact kunstinitiatief bestaande uit twee flinke ruimtes, in een mooi park.
Op dit moment is daar een solo presentatie te zien van Josephine Meckseper (1964). Daar waar ik gisteren over het werk van Hito Steyerl niet positief was omdat het visuele een illustratie betreft van een filosofisch discours ben ik hier juist enthousiast om exact dezelfde rede maar dat het ook daadwerkelijk een beeld wordt. Er is geen misvatting mogelijk dat het geen waar we naar kijken een kunstobject betreft wat te bezien is vanuit haar eigen beeldende aspecten (zoals textuur van de materialen en compositie) als ook het discours waar het vandaan komt (in dit geval refereert het naar het kapitalistische systeem en hoe dat haar climax vind in de etalages van bijvoorbeeld autodealers). De twee aspecten van beeldend en discursief liggen dus in balans met elkaar.
Een ander aspect is dat de presentatie van die werken der mate helder is dat er ook niets te veel te zien is, zonder dat het te karig wordt. De ruimtes worden bespeeld op een manier waardoor die ruimtes ook mee kunnen spelen in het werk. Een kwaliteit die maar zelden te zien is bij kunstenaars die zich juist vaak zo in het hoofd bezig houden en de presentaties min of meer laten voor wat het is.
Meckseper levert hier alles bij elkaar een radicale en doordachte presentatie. Die zie ik graag meer.
Laat een reactie achter;