In 1637 stortte de tulpenbollen markt in. Een verkoper had een stel bollen aangeboden voor 1400 gulden (omgerekend 10 modale jaarsalarissen). Enkele dagen later waren bollen, die tot voor kort nog zo veel waard waren als een Amsterdams grachtenpand, niets meer waard.
De schilder Jan van Goyen was tot dat moment niet enkel een succesvolle schilder, hij speculeerde op panden en natuurlijk ook tulpenbollen. Wie dwars door zijn oeuvre heen bladert zal opmerken dat voor de tulpencrash zijn werk ook al bestond uit landschappen. Maar dat deze veel kleurrijker waren en aanzienlijk drukker bevolkt met verschillende huisjes en molens.
Net voor de crash kocht hij nog 9 tulpenbollen voor 90 gulden (nu omgerekend €1100,-) en twee schilderijen. Tegelijk kocht hij elders nog een partij tulpen voor maar liefst 843 gulden (nu omgerekend €10.000,-)
Nadat hij zijn vermogen in rook op zag gaan doordat de markt ingestort was had hij dus flinke schulden open staan. Aangezien hij daarbij schilderijen als onderpand had verstrekt moest hij economischer gaan schilderen. Een hoge productie voor minimale kosten betekende immers dat hij zijn schulden eerder zou kunnen aflossen.
Je ziet dus ook dat op het moment dat de schulden ontstaan, hij minder kleurrijke pigmenten ging gebruiken. Deze waren immers duur en hij wilde zijn kosten zo laag mogelijk houden. Een ander aspect was dat hij langzaam maar zeker de horizon in zijn werken lager en lager ging plaatsen. Hoewel dit vaak wordt afgedaan als het ‘Hollandse licht’ is er wellicht een meer voordehandliggende verklaring. Want die wolkenluchten schilderen gaat een heel stuk vlugger dan allerlei huisjes, bootjes en figuurtjes. Indrukwekkende wolkpartijen schilderen is dus een goede manier om snel grote doeken te vullen.
Het zou Van Goyen niet lukken om uit de schulden te komen, bij zijn overlijden was er een schuld van maar liefst 18.000 gulden (omgerekend nu ruim €200.000,-) Zijn schilderijen zouden later als inspiratiebron gelden voor onder andere de Romantische schilder Turner. De dramatische luchtpartijen waren niet de onschuldige luchten zoals ze daarvoor waren maar werden representaties van de overweldigende natuur. Het hemelgewelf werd een vriend, of een vijand.
De Lockdown als gevolg van het coronavirus bleek ook enorme invloed te hebben op de lucht. Met het stilstaan van het vliegtuig en auto-verkeer was de lucht schoner dan de hele eeuw die er aan vooraf ging. Fijnstof en stikstof daalde in het voorjaar met 20%. De stilstand van de economie had dus ook gunstige bijkomstigheden. Even stond niet de markt bovenaan het prioriteitenlijstje maar ging het om mensen en hun gezondheid. Mensen met luchtwegaandoeningen zoals astma lieten weten stukken makkelijker adem te kunnen halen. De lucht is niet enkel vriend of vijand, het is allereerst van levensbelang. Die onzichtbare 21% zuurstof, 78% stikstof en 1% argon maakt het mogelijk dat we bestaan. Enige bewustwording van die fragiele balans tussen economie en menselijk welzijn is geen overbodige luxe.
De tentoonstelling Lucht bij Museum Kranenburgh was al in ontwikkeling ver voor de lockdown. Het is dus toevallig een erg actuele tentoonstelling geworden. De wolkenluchten van Van Goyen zijn als een spook aanwezig zowel in de tentoonstelling als de kleine collectiepresentatie (die er eigenlijk los van staat). Daar tegenover zie je de actuele problematiek in de daadwerkelijke lucht tentoonstelling. Zoals een vliegtuigmotor die tot stof vergaan is en nooit meer de hemel zal vervuilen met verbande kerosine. Of een ballon waar de kunstenaar de adem van 24 uur heeft opgeslagen, en zo laat zien hoeveel lucht we eigenlijk wel niet nodig hebben.
Het meest actueel zijn misschien de kauwgombalmachines gevuld met kleine luchtcapsules. Hoewel lucht overal op deze wereldbol te vinden is, is het niet vanzelfsprekend gratis en onschuldig. Het zou vervuilde lucht kunnen zijn, zelfs met onzichtbare virussen. Willen we een schone en veilige lucht, dan moeten we daar een prijs voor betalen. Een gebrek aan geld maakt dat we mogelijkheden zien die we eerder niet zagen. Kijk naar Jan van Goyen, hij maakte door dat geldgebrek prachtige luchten…
De tentoonstelling Lucht was tot en met te zien bij Museum Kranenburgh te Bergen.
Laat een reactie achter;