Het rariteitenkabinet op grote schaal in een museum. Dat is eigenlijk het werk van Christiaan Zwanikken (1967) bij Museum het Valkhof. De vergelijking met rariteitenkabinet in relatie tot zijn werk maakte ik vorig jaar bij een groepspresentatie bij galerie Ron Mandos waar hij ook werk toonde. Schedels van dieren, bewegende onderdelen en vreemde geluiden, een totaalervaring zo je wilt.
Het spreekt voor zich dat foto’s niet echt werken om een goede impressie te geven van het werk, gelukkig produceerde het museum zelf ook film:
Opmerkelijk is dat de grootte van de museale ruimtes problemen met zich mee brengen. Het werk lijkt niet te zijn opgewassen tegen het formaat van die ruimtes. Uitzonderingen zijn het werk ‘Exoskeletal’ en ‘Mechanical Donkey’ die echt de ruimte tot zich nemen. Het is ook niet vreemd dat het werk soms simpelweg het formaat mist, veel dieren zijn ook niet museum-size. Daarbij is natuurlijk de techniek afhankelijk van te verzetten krachten en ook dat wordt bij grote formaten problematischer.
Het kabinet blijft als geheel prima overeind, omdat de werken relatief klein zijn staan er ook meerdere dicht bij elkaar zodat je van verwondering en verbazing naar het volgende absurde werk gaat. Bij andere kunstvormen zou je denken dat de werken in elkaar verzuipen maar bij Zwanikken is dat voor de totaal beleving juist een constructief gegeven. Juist de werken die meer op zichzelf blijven staan, zoals ‘Exoskeletal’, lijken geïsoleerd en moeten het dus ook echt op eigen kracht doen.
Het is een freakshow, een goede freakshow.
De tentoonstelling met het werk van Christiaan Zwanikken is nog tot en met 30 maart te zien in Museum het Valkhof te Nijmegen
Laat een reactie achter;