Het is bijna jammer dat MOTI een museum is die twee grote ruimtes aan wandschilderingen van Jan van der Ploeg (1959) besteden. Als de presentatie bij het MOTI één ding duidelijk maakt, is dat de muurschilderingen van Jan van der Ploeg thuishoren in het dagelijkse leven. Ik denk dan even aan het Ministerie van Financiën gebouw in Den Haag of het ziekenhuis in Rotterdam. Werken waarbij het werk van Jan van der Ploeg in eerste instantie niet opvalt als zijnde een kunstwerk, maar dat je als bezoeker van de ruimte wel direct in de gaten hebt dat er iets aan de hand is.
Deze presentatie hier is problematisch omdat je het werk al snel of als vormgeving gaat benaderen, of erger nog, als kunst. In beide gevallen is dat geen benadering die eigenlijk past bij het werk. Het werk behoor je niet te benaderen, het hoort je als toeschouwer subtiel te manipuleren. Daarom werkt zijn werk ook zo goed in niet-museale contexten. Het valt niet direct te labelen als kunst of als vormgeving maar is dan onderdeel van het gebouw in kwestie.
In een museale context doet zijn werk nog altijd wat hij moet doen, de ruimte bespelen. Als toeschouwer kan het niet anders dan dat de ruimtes op je inwerken. Het hoogtepunt van de tentoonstelling is dan ook eigenlijk niet in de tentoonstelling zelf, maar buiten. Daar kun je als je via een zijstraat langs het museum loopt, door het glas een werk van Jan van der Ploeg zien. Het had een vreemd behang kunnen zijn in een knallende kleur. Een passant die er met mij nietsvermoedend voorbij liep, keek even door het raam en bleef even stilstaan. Ik denk niet dat hij dat gedaan had als hij wist dat het kunst is…
Voor grotere versies, klik op de afbeeldingen.
De tentoonstelling is te bezoeken tot en met 24 augustus bij MOTI te Breda, dat was vandaag, maar gelukkig hebben we de foto’s nog.
Laat een reactie achter;