Het tonen van drie werken is naar mijn idee heb absolute minimum om een beeld te krijgen van waar de kunstenaar zich toe verhoudt. Een uitzondering zijn filmwerken (die immers vaak met dank aan de duratie meerdere beelden kunnen tonen) en installaties (waarbij vaak de ruimte als werk genoeg mogelijkheid geeft tot duiding).
Bij Martin van Zomeren is op dit moment een solo bestaande uit het minium van drie werken te zien van Wojciech Bąkowski (1979) te zien. Het eerste werk met de titel ‘Impressions Spread Out‘ bestaat uit een aantal speakers op een lage sokkel. Deze zwarte speakers laten in een korte loop diverse geluiden horen; Een druppel geluid, het ademen van iemand en een stadsgeluid. Door deze geluiden doen de vormen van de speakers ook meer aan als gebouwen dan als speakers. Er ontstaat een soort stedelijk ritme, een tempo.
Het tweede werk ‘The Exposition of Problems’ is binnen deze tentoonstelling het meest complexe. Het is een videofilm van een tiental minuten waarin een gedicht eentonig wordt voorgelezen in het Pools. Ondertussen verschijnen er zo nu en dan grafische beelden met op een gegeven moment een soort collage. Aan het eind van de film is de spreker stil en is er een soort gekras te horen. Het gedicht zelf is alles behalve helder (waarvan hieronder een stukje). Het doet zeer hermetisch aan maar toch maakt de hele helderheid het wel geloofwaardig. Er wordt eerder een soort sfeer gesuggereerd dan een conceptuele direct herleidbare betekenis.
Het derde en laatste werk is ook een videowerk. ‘Entopic Screening’ is echter weer van een heel andere orde als de twee voorgaande werken. Hier zie je aanvankelijk niets, een wit scherm. Totdat het scherm ineens blijkt te knipperen, alsof het een oog is. Dan zie je de nuances die in het wit verschijnen en denk je even door het oog van een ander te kijken (wat filmtechnisch gelukkig nog niet kan). Het werk is toegankelijk, bijna ‘leuk’ te noemen.
Het drietal werken speelt steeds met tijd als gegeven voor betekenis, of hoe tijd losstaande beelden tot betekenisvol kan maken. Wat die betekenis inhoudelijk precies is ben ik nog niet achter maar het lijkt zich te relateren aan het individu versus een anoniem (stedelijk) collectief. Misschien is het tonen van drie werken in dit geval toch echt te weinig om echt grip op de kunstenaar zijn idee te krijgen. Maar dat hij serieus ergens mee bezig is wat niet zo zeer medium maar wel mentaliteitgebonden is lijkt me overduidelijk.
Is nog tot en met 23 februari te zien bij Martin van Zomeren te Amsterdam.
Laat een reactie achter;