[Kelvin zond me deze vraag.’ Hoe ontwikkelt het kunstenaarschap zich?’ Hij zet er een nummer achter. De vraag is interessant want dergelijke bewegingen zijn daadwerkelijk te vinden in de kunstwereld. Het gaat hier om het opzetten van een discussie hoe het kunstenaarschap zich zal ontwikkelen. Ik neem dan meteen even in mijn achterhoofd de huidige web 2.0 ontwikkelingen en ook de Hermeslezing van Jeff Wall (verplicht leesvoer!) van een aantal jaren geleden. Joost van Incubate moest hier aan denken. Dus, reageer allen.]
Een goede maand geleden was Rembrandt jarig. Inderdaad, daar waar iedere gewone sterveling stopt met jarig zijn zodra deze de laatste adem uitblaast worden de geboortedagen van de grote kunstenaars uit onze geschiedenis nog altijd gevierd. Op Twitter riep ik op deze dag als modernist nog maar eens dat Rembrandt helemaal geen kunstenaar was. Een handvol volgers wees me terecht en ging de discussie aan, maar we kwamen wel tot een nieuw inzicht. De kunstgeschiedenis laat zich in niveaus indelen die ongeveer parallel lopen aan de niveaus die de moderne internethippie aan het web toedeelt. Rembrandt markeert het begin, als kunstenaar 0.0. Laten we even brainstormen.
Een kunstenaar 0.0 dus. De klassieke kunstenaar die niet zelden onderdeel uitmaakte van een gilde en schilderde in opdracht. De Nachtwacht is een portret van een groep schutters van de compagnie van Frans Banning Cocq, en hoe vaak zien we in een museum niet “Portret van…” hangen? Het waren de beroepsfotografen van hun tijd, ondanks de grote invloed op de kunstgeschiedenis.
Het volgend stadium introduceert het romantisch ideaal van de kunstenaar als autonome schepper. Los van de maatschappij creëert de artiest (die bij voorkeur een miserabel bestaan kent) zijn kunst, zonder daarbij aan opdrachten te hoeven voldoen. We zien deze trend vooral ingezet worden bij iconen als Vincent van Gogh, maar ook klassiekere kunstenaars kennen er al momenten van. Momenten die meer tot de verbeelding spreken. Niet voor niets is het bij Johannes Vermeer Het meisje met de parel dat het populairst is, net dat ene werk waarvan we bijna niets weten en dat zonder opdracht tot leven werd gebracht. De kunstenaar 1.0.
De kunstenaar 2.0 speelt met de interactie. Men verlaat de ivoren toren en trekt de wereld in. Zonder mens en maatschappij geen kunst. Dit herkennen we in Sophie Calle, die objecten uit de alledaagse realiteit omvormt tot kunstobjecten (een adresboekje, een brief), of bij Olafur Eliasson wiens kunstwerken pas tot leven komen wanneer de bezoeker er mee begint te spelen. En we herinneren ons allemaal de beruchte vis en blender van Marco Evaristti nog wel.
Tot slot de kunstenaar 3.0. Ja, wat is dat eigenlijk? Hoewel het mogelijk te vroeg is om hier een echte trend in te ontdekken, is het niet minder leuk om er over te speculeren. Mogelijk vinden we het antwoord in alle ‘end of art’ discussies die al gevoerd zijn. Alles is kunst, of kan dat zijn. In de vorige eeuw schreef Walter Benjamin al over de esthetiek van het alledaagse. Hoe ver iets ook van feitelijke cultuur af staat, we kunnen er een esthetische ervaring in beleven. Op die manier kon kunstminnend China bijvoorbeeld in de behoefte blijven voorzien ten tijde van de Culturele Revolutie. Dit heeft echter ook het postmoderne gevolg dat alles kunst is, en ook weer niet. Ben jij ook een kunstenaar 3.0 of is het een mythe?
Ik ben persoonlijk van mening dat het een mythe is. De kunst zoekt nieuwe terreinen op, zoals Jeff Wall aangeeft. Maar er wordt nog altijd geschilderd (door mij in elk geval). Het is wel een tendens dat de kunst verbreed. Zoals ook Jeff Wall aangeeft wordt er steeds meer bij de kunst ingesleept. Je zou kunnen spreken over interactieve kunstenaars als de 2.0 variant, maar de 1.0 en zelfs de 0.0 zijn er ook nog, en die zijn niet minder waard. Wat een 3.0 zou moeten zijn weet ik niet, het zal er vast wel komen.
Wanneer is iemand kunstenaar? Als hij kunst voortbrengt. Wat is dan kunst? Dat is volgens mij de achterliggende vraag binnen deze discussie.
De kunstenaar 0.0 word door Kelvin terecht benoemd als ambachtsman. Hij werd in zijn tijd ook zo gezien, het predicaat kunstenaar is later opgeplakt.
De kunstenaar 1.0 het romantisch ideaal van de worstelende genie is een beeld dat ook tegenwoordig nog door veel mensen word gezien als de juiste omschrijving van een kunstenaar. De problemen beginnen bij de kunstenaar 2.0 Dit zijn kunstenaars voor wie kunst een manier is om vragen te stellen en om dingen binnen de maatschappij aan de kaak te stellen. Volgens veel modernisten (oa Adorno) hebben kunstenaars dit vermogen vanwege hun autonomie. Het is de autonomie die hen in staat stelt zich buiten de samenleving te plaatsen en deze van commentaar te voorzien. Bourdieu heeft laten zien dat binnen het kunstveld er sprake is van een omgekeerde economische logica. Met andere woorden hoe minder je voor je kunst betaald krijgt hoe succesvoller je bent als kunstenaar. Deze wetmatigheid komt voort uit een spanning tussen de economische en intrinsieke waarde van een kunstwerk. De laatste jaren is de scheiding tussen economische en intrinsieke waarde langzaam aan het verdwijnen. Het is voor kunstenaars niet langer not done om bakken met geld binnen te slepen (denk aan Damien Hirst).
Volgens sommige als Lewis en Kuspit betekend dit het einde van de kunst en toch bestaan er nog contemporaine exposities. En zijn musea voor moderne kunst naar mijn geheel persoonlijke mening (maar er zijn vast mensen die deze delen) vaak interessanter dan die waar de oude meesters hangen. Kunst is dus niet dood het leeft. De kunstenaar 3.0 is volgens mij diegene die in staat is de scheiding tussen intrinsieke en economische waarde van kunst op een geslaagde manier te onderzoeken (denk aan For the love of God) Een kunstenaar die in staat is overeind te blijven ten tijde van het hoogkapitalisme niet als miskent genie maar als ambivalente rockster binnen zijn discipline dat is volgens mij de kunstenaar 3.0
@Teun, zou je die theorie van de omgekeerde waarde nader kunnen verklaren. (of bron aangeven) en erg bedankt voor je uitgebreide reactie.
Verder, is het noodzakelijk voor de kunstenaar om zich buiten de maatschappij te gaan staan en die maatschappij van commentaar te voorzien? Zo klinkt het bijna alsof engagement een voorwaarde is voor het kunstenaarschap terwijl veel kunstenaars zich daar totaal afzijdig van houden. Of spreken we dan weer van een kunstenaar 0.0/1.0?
@niek De omgekeerde economische logica is van Bourdieu zie: Bourdieu, P.,1996 The rules of art: genesis and structure of the literary field. Stanford CA: Stanford University Press.
Engagement bestaat er natuurlijk in vele vormen. Adorno was idd van mening dat engagement een voorwaarde is voor het kunstenaarschap. hij stelt dat de kunstenaar na WOII zich niet langer kan veroorloven om door te schilderen alsof er niets gebeurt is. Engagement hoeft natuurlijk niet altijd maatschappelijk te zijn. Kritiek aangaande de kunsten zelf is ook engagement, het bevragen van de toekomst van de kunst zoals Duchamp dat deed is ook een vorm van engagement. En de kunstenaar mag er natuurlijk ook voor kiezen om niets aan de kaak te stellen en lekker te schilderen. Ik ben alleen wel van mening dat de kunst die door dergelijke kunstenaars is voortgebracht minder interessant is.
Meer leesvoer omtrent engagement en autonomie: Ruiter en Smulders: Alleen blindgeborenen kunnen de schrijver verwijten dat hij liegt (Bezige Bij 2009)
@Teun, heel interessante benadering van engagement. Zo heb ik het nog niet eerder bekeken. Betekend dat niet automatisch dat iedere “inhoud” een vorm van engagement is? Het verhoud zich altijd wel tot iets; kunst, maatschappij, natuur etc?
@ niek
Dat hoeft niet perse. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het werk van Kapoor die met zijn kunstwerken de ruimte onderzoekt. Dit soort kunst is misschien eerder filosofisch dan geëngageerd.
Interessante discussie, moest ook een beetje aan dat boek van Camiel van Winkel denken “de mythe van het kunstenaarschap” en aan het laatste hoofdstuk van “1900” ook een vraag omtrent het ontwikkelen van de hedendaagse kunst. hoewel categoriseren toch wel gevaarlijk blijft volgens mij…
verder weet ik niet of het een trend is van de laatste jaren om bakken met geld te verdienen, veel kunstenaars die we in de musea op de documenta’s en de biënnale’s zien verdienen vaak niet slecht, ik geloof dat iemand als Judd of eerder Rubens ook nooit honger heeft geleden. Feit is wel dat Hirst er te koop mee loopt en dat geld op meerder manieren waarschijnlijk is het de crux van zijn werk. maar om hier de belichaming van de toekomst van de moderne kunstenaar in te zien?, ik zou daar in iedergeval niet vrolijk van worden
hmm daar heb ik wel een heel kromme zin van gemaakt
Tof dat er zo’n discussie is ontstaan, daar hoopte ik al op. Laat ik me er in mengen:
Teun heeft gelijk dat ik met het 3.0 stadium (een categorisering die inderdaad gevaarlijk is, maar zonder gevaar geen discussie 😉 ) de ‘wat is kunst’ vraag stel. En of kunst überhaupt nog wel bestaat, niet voor niets kwam er inderdaad rond de pop art een ‘end of art’ discussie op gang, alles kon immers kunst zijn. Ik noem ook Benjamin die vrijwel stelt dat je een kunstzinnige ervaring kunt hebben met ieder denkbaar object (ik heb de neiging hem daar in te volgen), of iets kunst is hangt dan alleen nog af van de manier waarop je er naar kijkt.
De eerste stadia die ik onderscheid zijn er vandaag de dag inderdaad ook nog, het is niet zozeer een kwestie van opvolgen als aanvullen. Er zijn nog steeds ambachtslieden die dingen afbeelden in opdracht, al noemen we dat nu fotografen of designers. Ook een vorm van kunst. En juist daarom vraag ik me af of we niet een stapje verder kunnen gaan, met het gevaar dat het hele begrip dan op losse schroeven staat. Het bovenstaande kan dus nog wel de nodig verfijning gebruiken, dat besef ik zeker.
Over het economische en de kunstenaar als popster; zeker waar. Hoewel ik zelf meer de gedachte achter de kunstenaar hoopte te benadrukken, anders dan het marketingprincipe dat daar op volgt. Veel kunstenaars leven van hun kunst, maar stellen dit geld niet als het primaire doel. In dit betoog zie ik geld meer als bijkomstigheid dan het centrale issue van de kunst, al is het niet minder interessant om vanuit marketingoogpunt een soortgelijke tendens te herkennen. Hoewel het inderdaad de nuance behoeft dat geld verdienen in de kunst van alle tijden is, ook al is het romantische idee anders.
Camiel van Winkel en het door Joost geopperde werk ken ik nog niet, ik ga er eens achteraan!
Moet de kunst, of kunstenaar, zich wel bezighouden met de categorische indeling/typering van het kunstenaarschap in de tijd? Daar zijn toch mensen voor die ervoor gestudeerd hebben? Of is dit een teken aan de wand? Is de kunstenaar 3.0 diegene die zich steeds vaker verveeld en zich met alles moet bemoeien, zelfs de typering van het kunstenaarsschap in de tijd?
(beetje olie op het vuur…)
Waar heb ik laatst toch gelezen dat kunstenaar steeds vaker het streven hebben om bekend en rijk te worden ipv goed werk te maken…
@Kelvin,
Het was Erik die met Camiel van Winkel kwam, nog geen Joost gezien hier op het blog 😉
@Jordy,
Geloof inderdaad dat, de categorisering van Kelvin aanhoudende, dat de 3.0 kunstenaar zich juist wel bezighoud met het bemoeien van de rest. Zelfde als dat jij en ik hier op dit blog zijn. We gooien onze visies als kunstenaar op het internet. Dus bij deze ben je gepromoveerd van 2.0 naar 3.0 😉
Weet ik, ik doelde op het linkje van Joost van Incubate in de inleiding.
@niek – Je bent tegenwoordig geslaagd in het leven wanneer je rijk en bekend bent, minimaal elke dag met je kop op de tv…een klein kind wilde vroeger brandweerman of piloot worden, het kleine kind van nu, het kind 3.0, wil beroemd worden. Lady Gaga of Britney Spears.
Mijn persoonlijke categorische indeling zou zijn:
1) de kunstenaar was kunstenaar maar nooit beroemd, niet tijdens noch na zijn leven.
2) de kunstenaar die tijdens zijn leven beroemd is, postuum al snel in de vergetelheid rakend.
3) de kunstenaar wordt na zijn dood ontdekt en het werk viert postuum hoogtijdagen.
4) de kunstenaar die zowel tijdens het leven alsook na zijn dood beroemd en betekenisvol is.
Was het Andy Warhol die zei dat iedereen ooit zijn 15 minutes of fame kon krijgen? Vind ik wel van toepassing tegenwoordig, ook als kunstenaar.
@Kelvin,
oh, die… sorry ;).
@Jordy,
Is het ook niet de illusie dat we nu allemaal beroemd moeten en kunnen worden? Dat Idols zo bekend is en dat er zo veel kneuzen aan moe doen is echt niet omdat er ook zo veel talent is. Zie ook deze geniale lezing over dat probleem. http://www.lost-painters.nl/whatever-youtube-south-park-idols-en-authenticiteit/2010/05/14/
Vind de categorisering wel erg bruikbaar. Maar waar is de kunstenaar die naar zijn dood ontdekt wordt en vervolgens weer in het niets vervalt? Die zijn er ook vast en zeker (heb zo snel geen namen)