Ergens aan het begin van de zomer is het ieder jaar zo ver, iedereen onder de 35 die iets doet met verf stuurt zijn werk in voor de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst. In het goede vertrouwen dat de jury een weloverwogen besluit neemt het werk al dan wel of niet te nomineren. Want, wie wil er nu geen 6,500 belastingvrij uit handen van de Koning ontvangen?
Maar, het moet onderhand toch echt maar eens gezegd worden, echt spannend zijn de selecties van de jury niet. Een interessante tentoonstelling met een uitspraak over wat schilderkunst is in Nederland is het in elk geval zeer zeker niet. Het is eerder een willekeurige selectie werken op zwarte wanden. (Kan iemand me uitleggen waarom er überhaupt zwarte wanden in een toch al donkere ruimte staan?)
Daar waar je van een commissie, het zijn niet de minste (Tjebbe Beekman, Hanne Hagenaars, Jan van der Ploeg, Hedwig Saam, Lilly van der Stokker, Benno Tempel en Esther Tielemans), toch mag verwachten dat er sprake is van een visie omtrent de geselecteerde werken lijkt het al jaren lang een afspiegeling te zijn van hetgeen meestal al bekend is. Het idee van mensen die zwaar gechoqueerd raken door een werk in het paleis is uitgesloten. Echt rauwe randjes zijn er eigenlijk nooit. De ‘Pornohoek‘ van Thijs Janssen was misschien wel het laatste werk wat een beetje wrong. Maar dat was dan tenminste nog goed geschilderd. Nu hoeft dat geen vereiste te zijn, maar zelfs werk wat suggereert knap geschilderd te zijn zit vol met slordigheden.
Toegeven, deze editie bevat opvallend veel verse namen. Het nadeel is alleen dat de noodzaak tot verse namen niet direct lijkt voort te komen uit het idee dat er beter werk te zien is of werk wat betere kunstenaars representeert. Er zit simpelweg te veel werk bij uit de categorie “dit lijkt veel op het werk van die of deze, maar dan minder goed”. Dat is niet erg en valt de kunstenaars ook niet te verwijten. Maar een jury als deze mag daar toch wel iets scherper naar kijken.
Over de prijswinnaars van dit jaar moet ik toegeven dat het voor het eerst sinds een tijdje dat ik niet van te voren meer dan de helft goed gegokt had op basis van het CV van kunstenaars. Marijn van Kreij en Philip Kremer had ik goed gegokt. Maar verder zou ik op Coen Vunderink en Peggy Franck gegokt hebben. Dat ze dus twee relatief onbekende schilders uitzoeken is super. Maar of dat nu zo terecht is, zo sterk zijn de twee kunstenaars in kwestie niet. Nogmaals, dat valt de kunstenaars niet te verwijten. Maar ik verwacht een doordachte houding van de commissie en een visie, dat is toch de rede waarom ze gevraagd worden deel te nemen aan de jury? Een selectie maken van een paar honderd inzendingen kan iedereen.
Gaat het om het schilderen? Gaat het om het verbeelden? Gaat het om een conceptuele insteek? Gaat het simpelweg om wie het verdient? Gaat het om wie de beste vrienden heeft bij de jury? Kom op heren en dames van de jury, doe een uitspraak, het maakt verder niet uit. Want nu bevestigd het enkel wat we al weten, er wordt geschilderd, de ene keer iets anders dan de andere keer. Ik zal volgend jaar toch ook braaf mijn werk insturen hoor, ik bedoel, wie wil er nu geen 6,500 belastingvrij uit handen van de Koning ontvangen?
Hier volgt een beeldverslag van een selectie werken die niet leken op Arnulf Rainer (meerdere), Jurriaan Molenaar, Jeroen Bosch (de levende), Fontana (meerdere), (en ik ga er van uit dat de jury leden die kunstenaars kent) of simpelweg uberhaupt slecht geschilderd waren (misschien dat de leden van de jury even niet goed opletten?) of dankzij de zwarte wanden te donker waren om goed te fotograferen (sorry, die waren er ook).
Allereerst de winnaars. Jorn van Leeuwen was een van de voor mij volstrekt onbekenden. Op foto’s elders zag het er fotorealsitisch uit, door deze spanning met fotografie maar het kleurcontrast worden het spannende beelden. Maar eenmaal met de neus op de feiten gedrukt blijkt hoe slordig het werk eigenlijk is. Vooral het niet egaal of homogeen zijn van de achtergrond is jammer. Waarom er beenderlijm en damarhars bij de eigenschappen staan is mij onduidelijk, het eerste heb je nodig om doek op te spannen en het tweede is hetzelfde als veel varianten van medium.
Philip Kremer zijn werk schuurt en vloekt maar blijft toch vrolijk en aangenaam om naar te kijken.
Marijn van Kreij ken ik hoofdzakelijk van zijn tekeningen maar sinds gebruikt hij ook verf. Het werk met het patroniseren van een werk uit de canon overtuigd.
Wieteke Heldens gaat er ook vandoor met een prijs, maar waarom is mij volstrekt onduidelijk. In beide gevallen werk wat we al eerder hebben gezien en ook zuiverder uitgevoerd.
En waarom zit er in hemelsnaam schilderstape op het werk? Waarom zitten die kleuren er in? Als het zo is vanwege het concept alle druipers een rood puntje te geven had dat allemaal niet gehoeven.
Buiten de winnaars waren er natuurlijk andere schilders, hier dus een selectie.
Respect voor Vunderink, ik had niet begrepen dat hij met tempera werkt. Dat maakt zijn proces ontzettend onverbiddelijk en moet alles dus goed gaan.
De schildersprijs is nog tot en met 27 oktober te bezoeken bij het Paleis op de Dam. Leuk voor als je wat tijd over hebt en er toch toevallig bent.
Weet niet of je na dit commentaar ooit nog koninklijk geprezen zal worden;) Vooral je slotzin is dodelijk.
@Henkjan, Bij de Prix de Rome werd er aanvankelijk ook nooit een geheim van gemaakt dat het ging om het geld en de handdruk. Laten we eerlijk wezen, geen schilder zal beweren dat zijn werk daar het allermooist denkbaar gepresenteerd is. (toch?).
En daarbij, als je jury mij afrekend omdat ik kritisch op ze ben in dit artikel is dat ook verre van professioneel, het gaat toch om het werk? toch?
Goed om zo’n kritisch artikel te lezen over dit.
@Chris, Dank
Fijn dat je ook details hebt gefotografeerd, dat ten eerste. Verder vind ik het ook een verbazend brave, traditionele selectie..! Op zich heb ik daar niks tegen, trouwens, mits daar openlijk voor wordt uitgekomen. Toch is ook nu weer, net als bij vele vorige edities, het spannendste werk te vinden onder de exposanten (de niet-winnaars).
@Isabella, Nee, er is niets mis met een brave selectie, maar ik heb niet het idee dat daar in dit geval bewust voor gekozen is.
Bedankt voor je eerlijke en terechte kritiek en goeie fotoreportage !
@Janine, Dankjewel 🙂
Beetje jaloers?
@Dave, Als je daarmee iedere vorm van kritiek van mijn kant wil wegrelativeren kan dat natuurlijk. Maar, zou het niet infantiel zijn als het jaloezie zou zijn?
heej niek, fyi dat werkje van mij heet fin 😉 goed stuk, fijn beeldverslag!
@Anne, sorry, verkeerd gelezen op de foto en natuurlijk inmiddels gecorrigeerd :).
hihi FIN niet fyi (for your information :D)
Oh gek, hij was blijven hangen, dacht er toch echt fin van gemaakt te hebben…
“Maar of dat nu zo terecht is, zo sterk zijn de twee kunstenaars in kwestie niet. Nogmaals, dat valt de kunstenaars niet te verwijten.”
Het lijkt me nu juist dat er weinig andere mensen zijn die je verantwoordelijk zou kunnen stellen voor de kwaliteit van het werk.
@EvdL, Ik ga er van uit dat je als kunstenaar steeds probeert het onderste uit de kan te halen en je best te doen, en dat is kwaliteit voor de kunstenaar zelf. Of dat verder kwaliteit genoeg is voor het winnen van de Prijs is dan vervolgens aan de deskundige jury.