Als kunstenaar moet je een beetje gek zijn. De weg van het beginnen aan een kunstwerk tot het voltooien ervan is soms vergelijkbaar met een martelgang of bijna zinloos monnikenwerk. Kunstenaars worden niet alleen vaak onderbetaald voor hun werkzaamheden, vaak is het een geestelijke en fysiek zware geboorte om tot dat werk te komen. Het kunstwerk, dat werk wat de wereld zou kunnen veranderen. Of in elk geval, het werk wat er moet komen.
Het werk van Sven Sachsalber (1978) gaat eigenlijk over die continue uitputtingsslag. Krankzinnige ideeën. Het zoeken van een speld in een hooiberg duurt blijkbaar ongeveer 18 uur. Al heeft hij daar niet bij onderzocht hoeveel de factor geluk mee speelt. Of het volledig op eten van een smerige en giftige paddestoel? Ook gedaan. Bomen omzagen terwijl hij er zelf in zit, check. Domme dingen doen bij koeien, ook check. Kranten verzamelen en minutieus op elkaar plakken, ook al check. Allemaal gekke acties waarvan je je afvraagt of dat eigenlijk wel kan. In het geval van Sachsalber, blijkbaar wel. Net zoals dat uiteindelijk iedere kunstenaar toch dat werk wil voltooien, het moet, maar het is ook altijd een beproeving.
Was tot en met afgelopen zaterdag te zien bij Rianne Groen te Rotterdam.
Laat een reactie achter;