Soms wordt mij wel eens gevraagd waarom ik schilder. Even los van het antwoord heb ik dat altijd een vreemde vraag gevonden. Immers, een schilderij is een schilderij en niet iets anders. Wordt een fotograaf gevraagd waarom deze foto’s maakt? (zou wel moeten want dat is pas een aparte wereld blijkbaar) Om de een of andere bizarre reden wordt het bij schilders wel gevraagd. Maar vanaf nu heb ik een duidelijk voorbeeld om aan te duiden dat schilderkunst iets essentieel anders is dan welk ander medium dan ook: Ina van Zyl (1971).
Het fotograferen van het werk van Van Zyl is onbegonnen werk. Niet alleen zijn ze ontzettend donker geschilderd (wat overigens technisch om te schilderen ook bijzonder lastig is), maar ook zijn er verschillen in mat en glanzend en zijn er textuurverschillen. Dit alles zijn kwaliteiten die de schilderkunst heeft ten opzichte van andere media. Ondanks het feit dat het werk zo donker geschilderd is, zijn er vele subtiele kleurnuances aanwezig, iets wat bij fotografie met de meeste afdrukken simpelweg niet mogelijk is. Het spel met glanzen en mat en de textuur geeft het geheel nog meer spel en creëert ook schilderijen die vragen om van verschillende posities naar te kijken.
Inhoudelijk blijft Ina van Zyl echter aan de oppervlakte. Maar Van Zyl is een schilder, en dat is iets anders dan het maken van foto’s, performances, beeldhouwen, videokunst, relational esthetics en wat je ook kunt bedenken. Schilderkunst als schilderkunst.
(Let op, veel foto’s zijn aanzienlijk lichter gemaakt om ze zichtbaar te maken.)
Is nog te zien tot en met 16 juni bij Galerie Onrust te Amsterdam
Ja!
Marit, alleen maar “Ja!” ? 😛
🙂 je wilt meer tekst Niek? Ik vind dit werk erg mooi. Maar los daarvan kon ik mij vinden in jouw constatering dat schilderkunst eigen kwaliteiten heeft. Of het aan de oppervlakte blijft dat betwijfel ik. Inhoud laat zich niet altijd in woorden uitdrukken en meer onderhuids aanwezig zijn.
Meer tekst mag altijd ;). Dank voor de complimenten. Inhoud laat zich inderdaad niet altijd uitdrukken in woorden, maar daar gaat het Van Zyl overduidelijk niet om, haar inhoudelijkheid draait om het schilderen van dingen die ze ‘leuk’ vind. En daar is niets mis mee. Schilderen als inhoudelijkheid benoem ik doorgaans als vorm. (Tenzij het plooit op het medium zelf en het dus over het kijken ernaar gaat.) Of bedoel je dat ze wel een inhoudelijkheid heeft die zich conceptueel manifesteert? (Indien ja, dan heb ik dat zelf gewoon nog niet gezien in haar werk.)
..meer dan “leuk” toch?: vorm en inhoud vallen samen in dit werk, de verf en de sensualiteit van de onderwerpen; dat vind ik zo goed aan dit werk.
Ze heeft het in het persbericht zelf over iets van die strekking, of ‘gelukkig worden van’. Maar inderdaad, als je het zo bedoelt klopt het in elk geval wel helemaal. Ik vind persoonlijk vooral de negerzoenen (of hoe heten die dingen tegenwoordig?) erg mooi 🙂
Ik ook 🙂