De inzet van de Willem de Kooning is interessant. In tegenstelling tot andere academies studeren studenten hier af als creative pioniers in de richting Autonome praktijk, Sociale praktijk en Commerciele praktijk. Een onderwijsstructuur die elders allicht haar vruchten zou afwerpen.
Maar niet hier in Rotterdam. Inspiratie blijkt hier ver te zoeken, dertien in dozijn en middelmatigheid alom. Maar ook blijkt het onderscheid tussen de drie genoemde praktijken flinterdun zo niet non-existent te zijn. Al drie jaar (jaar een hier, jaar twee hier) wordt dit model van drie afstudeerrichtingen uitgeprobeerd maar nog altijd is de spoeling over de hele linie te dun en lijkt zelfs alleen maar dunner te worden. De vraag is niet of er iets mis gaat bij deze academie, de vraag is waar het allemaal mis gaat.
De directie moet zich nodig eens grondig achter de oren krabben. Dit heeft niets meer te maken met een pech-jaar, structureel gaan er hier dingen mis. Een beleidsprobleem dat los staat van docenten en studenten alleen. Spijtig voor de aanstormende kunstenaars die er welwillend vandaan komen, ze kunnen zich niet meten met de talenten van andere academies.
Hier volgt een zeer beperkt beeldverslag van werk dat, nouja, meer impact wist te maken dan de rest.
Eindexamenpresentatie van Willem de Kooning is nog tot en met vandaag te zien.
Ik ben het zowaar met je eens.
Op autonoom gebied was het saai. En werd de tentoonstelling opgeleukt door een aantal toegepaste werken… Het getuigde van weinig lef…
@Pierke, Gebrek aan lef ook inderdaad.
Zoals ik al aangaf, het ligt niet alleen aan de studenten en de docenten, maar ik begrijp niet dat de studenten uberhaupt niet eens een schop onder hun kont hebben gekregen om het allemaal wat ambitieuzer aan te pakken.
Je oordeel over de WdkA is hard. Vandaag heb ik de graduation show van de academie ook bezocht. Ik geeft toe dat ik er met verbazing en vertwijfeling heb rondgelopen. Oordelen is echter niet zo mijn ding. Ik heb er ook niet de autoriteit voor. Dingen die ik zie beschrijven helpt me echter om greep te krijgen. Laat ik zo kort mogelijk mijn bezoek beschrijven:
Bij binnenkomst werd ik al in twijfel gebracht. Direct naar de sectie (autonome) beeldende kunst gaan was niet mogelijk. Er waren de drie secties die je al genoemd hebt. ‘Autonome practices’ leek me de plek waar ik het meest aan mijn trekken zou komen. Het werd een tocht vol verbazing. Traditionele schilderkunst, beeldhouwkunst, fotografie, video of installaties waren en er sporadisch. De meeste presentaties hadden een duidelijk pragmatisch karakter. Een bijzondere draaimolen, onderzoek naar wilde tomaten, een feministische studie, jassen die werken als een kooi van Faraday, een grid dat voor allerlei (bouw)toepassingen gebruikt kon worden.
Het koste me de nodige energie om steeds weer in de bedoelingen van de kunstenaar te verplaatsen, veel meer dan bij traditionele academies. Aan de andere kant vervagen binnen de kunst de grenzen steeds meer en gebruiken kunstenaars vrijelijk technieken waarmee ze hun visie het best kunnen uitdrukken. Als de grenzen binnen de kunst vervagen, waarom zouden de grenzen van de kunst zelf dan niet vervagen? Levi van Veluw zij in een interview dat hij pas ging genieten van het kunstenaarschap nadat hij was op gehouden zichzelf constant te bevragen of wat hij deed wel kunst was.
Zelf vind ik de stap van de WdkA met de drie richtingen moedig. Het sluit beter aan bij de kunstenaar praktijk vandaag en in ieder geval van morgen. (Naar mijn mening natuurlijk.) Een dergelijke visie to wasdom laten komen kost tijd.
@Paul, Wanneer iemand de autoriteit heeft om iets te zeggen is natuurlijk altijd een punt. Ik heb geen enkele didactische onderlegging maar ik denk wel dat ik inmiddels iets zinnigs kan zeggen over de kwaliteit van een lichting van een academie. Dat zowel op basis van de getoonde mentaliteiten als het daadwerkelijke werk. Alles kan kunst zijn, maar als het onderzoek dat er aan vooraf gaat een oppervlakkig gegeven is en vervolgens inhoudelijk ook weinig om het lijf heeft, dan maakt het niet uit of het design, mode of autonome kunst is. Als je 10 jaar lang nagenoeg alle eindexamens bezoekt zie je het onderscheidt in kwaliteit snel genoeg.
Een nieuwe insteek tot het opleiden van kunstenaars valt toe te juichen. Echter, als deze gebaseerd is op speculatie over hoe het kunstenaarschap er in de toekomst uit zal zien lijkt me dat geen goed idee. Je gaat mensen ook niet zeggen dat ze geen rijbewijs meer hoeven te halen omdat we over 20 jaar zelfrijzende auto’s hebben. Wie nu afstudeert moet ook nu kunnen rijden en vervolgens zien we over 20 jaar wel hoe het er dan voorstaat.
Ik heb door de jaren heen ook aardig wat eindexamenexposities bezocht, maar vind het nog steeds moeilijk om een oordeel te geven over wat vanuit een kunstperspectief ‘goed’ zou moeten zijn; ik kan slechts zeggen of iets mij persoonlijk aanspreekt, maar dat gaat dan over wat jij omschrijft als ‘mentaliteit’. De hierboven getoonde foto’s bijvoorbeeld verschaffen mij te weinig context (over de kunstenaars en hun beweegredenen) om er echt iets van te vinden. Hetzelfde geldt voor de foto’s van de MFA van Sint Joost, een tentoonstelling die jij dan juist als ‘goed’ bestempelt. Natuurlijk zie je door de jaren heen thematieken en ideeën terugkomen en soms iemand die iets doet waarvan je denkt “hé!” Maar minstens net zo vaak denk ik “dit lijkt op dat” of “ik heb echt geen flauw idee wat hier nu de bedoeling van zou moeten zijn, ik hoop dat de maker dat in ieder geval wél wist”. Wat dat betreft vind ik het nog knap dat jij dat vaak wél lijkt te weten. 🙂
@John, Even wat misstanden recht zetten, ik heb het hier nadrukkelijk niet over mijn eigen smaak. Met mentaliteit doel ik op de positie die de kunstenaar met zijn werk inneemt ten opzichte van hetgeen dat er al is. Het werk als symptomatisch voor een groter geheel.
Is het niet absurd dat we eerst ‘alles’ moeten weten voordat we er iets van kunnen denken? Kunst beweegt zich in de marges van traditie en vernieuwing. Begrip van die traditie en de huidige staat kan inderdaad inzichtelijk maken wat de bedoelingen zijn. Dat wil niet zeggen dat ik als toeschouwer exact de bedoelingen van de kunstenaar begrijp, sterker nog, werk dat direct te begrijpen en te bevatten valt is vaak enorm saai. Want het bevestigd enkel reeds bekende posities/ideeën/mentaliteit.
Net als bij filosofie kan alles waar zijn, maar toch zal Socrates meer gelijk hebben dan iemand die net zijn studie filosofie begint.
Maar ik ben benieuwd, stuur je ook deze berichten naar iedere krantenredactie als die een negatieve review plaatsen en waarom denk je dat die mensen dan wel of niet de deskundigheid in huis hebben om er iets over te zeggen?
Mijn zoon ging er naar de open dag, kwam er hoogst verontwaardigd vandaan, “they drank the Kool-Aid”, was zijn oordeel. Hij heeft er zich niet aangemeld.
Afstudeerders hebben dit jaar met ongelofelijke gretigheid en engagement hun werk in de wereld geplaatst. Maatschappelijke vraagstukken werden op originele wijze onderzocht en bevraagd, wat leidde tot veel verrassende inzichten en tot de verbeelding sprekend werk. De tentoonstelling barstte van kritisch, vernieuwend en artistiek vermogen en heel veel studenten waren er in geslaagd om al tijdens hun afstuderen maatschappelijke en commerciële partners te strikken om met hun in zee te gaan.
Wellicht kan je opmerkingen als “dertien in dozijn en middelmatigheid”, “de spoeling is over de hele linie te dun” toelichten. Dergelijke opmerkingen ventileren zonder enige argumentatie is stemmingmakerij. “Het gaat allemaal mis”. Maar wat gaat er dan mis? Waarom is het dun? Je schetst een apocalyptisch doembeeld, maar naar de redenen daarvoor mogen we zelf gissen? Overigens een positieve recensie in metropolism: http://metropolism.com/reviews/willem-de-kooning-academie/
Ik wil er graag een aantal werken uitlichten die ik persoonlijk heel mooi vond:
– Roman Strijbos maakte een schitterende videoclip bij zijn eigen muziek
– Glenn da Silva ontwikkelde met veel integriteit hulpmiddelen voor bejaarden die door fysieke beperkingen moeilijk of geen seks kunnen hebben (stond vandaag in AD)
– Roos Tulen voerde gedurende de gehele tentoonstelling een performance uit waarbij bezoekers luisterden naar interviews met asielzoekers, gerechten uit de streken waar ze vandaan komen opdiende. (lovende recensie in Metropolis M)
– Yavez Antonio ontwierp chopsticks van zwerfplastic in de oceaan
– Sami Hammana wist succesvol derivaten voor schone lucht in de handel te brengen (en is toegelaten by Goldsmiths)
– namen even kwijt: drie studenten illustratie die met programmeurs een schitterende volledig werkende game voor kinderen hebben ontwikkeld
– ook naam even kwijt: een student die website, app en fysieke interventies heeft gemaakt om interculturaliteit bij de politie aan te kaarten en vaardigheden daaromtrent te verhogen
– Lou Muuse die een schitterende fotoreeks maakte over asielzoekersprocedures.
En dit zijn echt maar een paar voorbeelden van een lichting waarin ontzettend veel goed werk te zien was.
ik werk overigens op de academie, wat ongetwijfeld deels gedeeltelijk de oorzaak is van mijn lovende reactie, ik ben nl oprecht enorm onder druk. aangezien discussies langs digitale wegen over het algemeen weinig soelaas bieden ben je ook van harte welkom om een keer langs te komen. wellicht dat je via deze weg mijn mailadres kan achterhalen.
hartelijke groeten
martijn van berkum
@Martijnm
Dank voor je aanbod. Ik vermoedde al enige betrokkenheid. Ik heb je mailadres en zal je even mailen.
dag Niek. Leuk! Je bent van harte welkom. Het lijkt me je dan gelegenheid om je kritiek te onderbouwen en ik kan wat uitgebreider toelichten wat we op de wdka doen. ik heb gereageerd op je bericht. je opmerking over het bezoeken van andere examententoonstellingen is terecht, maar ook altijd lastig omdat dat de drukste tijd van het jaar is. Daar ben ik dit jaar dus idd niet aan toegekomen.
ik hoop je volgend jaar een keer te kunnen ontmoeten
vriendelijke groeten
Martijn
@Martijn,
Dank voor je uitgebreide reactie.
Mijn reactie is op basis van niet alleen dit bezoek, maar ook in relatie tot andere academies en dat van de afgelopen tien jaar. Wie los enkel de Willem de Kooning bezoekt zal het misschien niet opvallen. Het “apokalyptische beeld” is in relatie tot wat die andere ruim 2.000 jonge kunstenaar ieder jaar tonen. Ik vergelijk dit dus met een stuk of 20.000 andere academiestudenten.
Dus ik ben benieuwd, wat vond je van die andere 2.000 jonge kunstenaars dit jaar?