Zielloos ging het ten onder, Lokaal01 te Breda. Een kunstinitiatief met een rijke geschiedenis kreeg minder subsidie en in plaats van met minder middelen er het beste van proberen te maken trokken ze de stekker er geheel uit. De noodzaak van het instituut bleek voor de betrokkenen eerder financieel van aard dan met een hart voor de kunst.
Gelukkig is de ruimte niet verloren gegaan, nu een tiental kunstenaars de handen ineen hebben geslagen om er met minimale middelen toch iets mogelijk te maken. Een handeling die hoe dan ook waardering verdient. Het concept van het initiatief is steeds een solopresentatie die tegenover een solo vanuit een museale collectie. Een gedurfd beleid, want solo’s zijn complex en zorgen voor een steeds wisselend publiek van kenners buiten de vaste bezoekers waarvan je maar moet hopen dat het er snel zo veel mogelijk worden. Een van de oplossingen daarvoor is dat er tevens een bar gevestigd is waar clubleden voor gereduceerd tarief een consumptie kunnen genieten. Dat maakt dat Club Solo ook de potentie heeft om een plek te worden waar kunstenaars samen komen.
De eerste editie is voor kunstenares Antonietta Peeters (1967) die ooit in Breda is afgestudeerd en inmiddels haar strepen verdient heeft. Haar meer actuele werk verhoudt zich tussen de materie en het picturale vlak, en waar deze samenvallen. Dat klinkt eenvoudiger dan wat het is. Natuurlijk valt het materiaal niet onzichtbaar te maken in het werk, maar dat het materiaal het beeld vormt wat toch figuratieve suggestie kan hebben valt nauwelijks te vergelijken. Zelfs binnen het sculpturale domein zou de enige vergelijking te maken zijn met sommige Arte Povera wat direct weer een heel andere insteek heeft.
Met dank aan de complexe ruimte van Club Solo kan ze opvallend veel werk tonen zonder dat het te eentonig wordt, wat wel snel een risico kan zijn bij hoofdzakelijk een ‘alleen werk aan een muur in grote open ruimtes solo’. Hoofdzakelijk etaleert ze hier recenter werk en plaatst dat in context tegenover enkele oudere werken. Ze heeft duidelijk niet stil gezeten en heeft verschillende strategies gebruikt om tot beeld te komen.
Het is een mooie solo-presentatie en een mooi begin van een hopelijk lange reeks met solotentoonstellingen in het oude lokaal 01.
MuHKA trapt als museale toevoeging af met het werk van Guy Mees (1935-2003), werk wat er opvallend fris uit ziet en daarnaast vergelijkbare spanning tussen de afbeelding en de materie laat zien. Een mooie toevoeging op de solo’s en een mooie gelegenheid om werk te tonen wat anders ook minder aandacht zou krijgen die het in dit geval, zeker verdient heeft.
De tentoonstelling is nog te bezichtigen tot en met 7 september bij Club Solo te Breda.
Laat een reactie achter;