Inmiddels al weer van een poosje terug, maar ik zal in de toekomst waarschijnlijk nog vaker gaan verwijzen naar deze tentoonstelling. Een aantal kunstenaars heeft in de zomer gewerkt in CBK en sloten dit eind augustus af. Nu was ik daarbij maar kwam door allerlei omstandigheden maar niet aan de blogpost toe.
De werken van de groep kunstenaars; Jasmijn Krol, Lydia Weijers, Emma van der Put, Klaas Burger, Riet Wijnen, Eline Beentjes, Merijn Denkers, Mischa Doorenweerd en Thomas van Linge, liggen allemaal dicht bij elkaar in esthetisch opzicht en bij allemaal speelt het kijken en zien een grote rol. Heel begrijpelijk dus dat ze eens besloten met elkaar een poosje te werken.
De tentoonstelling leverde het volgende op;
Emma van der Put toonde 3 video’s die samen 1 werk moeten opleveren, dat laatste doet het niet echt maar gedeelde noemer is bij alledrie de beeldbuis en dat het medium gehanteerd is. Met dat laatste daarvan bedoel ik dat bij 1 beeld het licht/donker van de camera gebruikt is om dingen te tonen, bij een andere film is er vertraagd in het beeld (denk aan Bill Viola) en bij een andere is duidelijk een selectie gemaakt in het perspectief en die selectie is onderdeel geworden van het kijken. Hoe kijken we naar filmbeelden dus. Dat levert vooral een visie op om hoe we met die beelden kunnen omgaan als toeschouwer. Ikzelf heb nog wel een kritische vraag en dat is of al die vragen in de videokunst niet al achterhaald zijn? Het zijn methoden om met beeld om te gaan die zelf niet een beeld opleveren. Maar nu ben ik heel kritisch en bijna zuur. Om positief te eindigen, is dat de beeldkwaliteit de intentie goed ondersteunt.
Onderstaande still kwam uit een korte film met enorme vertraging waarin alle beelden vrij grauw waren, dit meisje met roze trui maakte ineens heel veel indruk.
Eline Beentjes toonde dit werk ook bij DNA, hier hangt het heel vreemd buiten de tentoonstelling en krijgt daardoor eigenlijk geen context. Het beeld is esthetisch maar het mist dus betekenis wat het verder moet.
En er was iets van een performance waarvan op het plafond nog een restje zit.
Dan een ontzettend mooie film van Jasmijn Krol. Het is nogal duister en ineens doemen er lichtpuntjes op, pas na een poosje blijken het paardenhoofden te zijn. De verschijningen doen lichtelijk denken aan het werk van Fuseli waar ook een bleek paardenhoofd vanuit het niets verschijnt. Het geluid onder de film is asynchroon op het beeld gemonteerd, en wat mij betreft volledig overbodig. Het beeld daarentegen is prachtig.
De ronddraaiende spiegel laat me letterlijk alle hoeken van het plafond nog eens goed bekijken.
De trui, waar ik later nog op terugkom, past eigenlijk helemaal niet in deze tentoonstelling. Nogal een bizar ding in deze verder erg esthetische tentoonstelling waarin de dagelijkse realiteit niet zo banaal teruggekaatst werd.
Eenvoudige wandschildering met veel impact, vooral dankzij het formaat ook.
Lydia Weijers maakt mooie foto’s. Maar dat weten we na afgelopen Incubate, The Lost Relay, natuurlijk wel.
Merijn Denkers plaatste een subtiel werk in de ruimte dat waarschijnlijk niet door iedereen is gezien, als vaste bezoeker merk je de palen echter direct op. Eenvoudige ingreep met maximaal effect zonder andere werken in de weg te zitten.
Mischa Doorenweerd bouwt plaatselijk de Alpen…
Let op het gele snoer, dat verdwijnt door een raam naar buiten…
… om vervolgens bij het andere raam rook naar binnen te blazen. Simpel maar erg treffend.
Erg mooie tekening/schildering van een pagina. Erg tijdrovend maar overtuigend beeld.
Thomas van Linge presenteert een wand met daarop razendsnel diverse projecties die het oog net wel of net niet kan zien. Dus ik heb een stuk of 20 foto’s gemaakt om thuis rustig te kunnen zien wat er zoal te zien was. Dat blijkt nogal breed te zijn. Het gat in de wand zorgt er ook nog eens voor dat ik door de ruimte heen ga kijken door de projectie heen, heel vreemd effect krijgt dat.
En dit is een uiterst subtiel werkje waarbij de laatste punt van een bladzijde is vrij gehouden. Of de lijst dan zo rauw moet weet ik alleen niet.
Tot zover, een leuke tentoonstelling, maar waarom heb ik dit nu nog ruim een maand nadat het is afgelopen toch gepubliceerd? Dat heeft te maken met ‘de trui’. Alle werken zijn perfect in harmonie met elkaar, esthetisch en hebben allen iets van doen met kijken. Behalve die trui, die trui bleef bij me hangen. Een vreemd object wat er niet in paste. Veel werken waren goed, maar die trui bleef mij vragen stellen. Het heeft iets, maar wat? Ik heb inmiddels het idee dat als die trui er niet was geweest, de tentoonstelling erg inzichtelijk was geweest, misschien goede werken toonde, maar niet spannend. De trui zorgde voor frictie, voor vragen. En daardoor is ook de hele tentoonstelling blijven knagen aan me. Zelfs na afgelopen weken waarbij ik veel gezien heb in Amsterdam, Den Haag en Rotterdam, blijft die trui mij iets doen. En nog altijd heb ik geen idee, geen hokje waar mijn hoofd het kan plaatsen.
Iedere goede tentoonstelling heeft een trui nodig! Zodat de tentoonstelling kan blijven malen.
Daarom verschijnt dit nog op het blog, zodat iedereen kan zien, dat een trui in een tentoonstelling een goed idee is!
Enneh, verder was het werk erg goed, maar een dergelijk accent maakt de tentoonstelling memorabel.
Ja, die trui,
(selfspam: http://www.deondergrond.nl/wordpress/?p=2599)
sluitstuk.
@Chris, inderdaad, meer foto’s bij De Ondergrond :)!