Het ziet er allemaal maar al te bekend uit. Sculpturen van ogenschijnlijk willekeurig materiaal. Allemaal keurig binnen het keurslijf van de hedendaagse neo-conceptuele minimalistische kunst. Maar net iets te goed. Daar waar dergelijke kunst er als kunst zou kunnen uitzien wordt het hier ontdaan van enige relevantie. Zo staan ze ook keurig bij en naast elkaar. Het zou een opslag kunnen zijn. Wel eentje waar je doorheen kunt lopen.
Ik weet niet wat Liu Wei (1972) met dit werk wil, maar ik kan me indenken dat gezien de Chinese achtergrond het kopiëren van een idioom op perfecte wijze een van de mogelijkheden is. Het zijn geen minimalistische sculpturen, maar zo zien ze er wel uit. De grens tussen vormen zonder enige betekenis en relevantie tegenover minimalistische sculpturen is heel vaag maar daartussen lijkt het zich te bewegen.
Maar, lees ik er dan niet te veel een kritische houding in of een enkel formeel spel? Geen idee…
Aha eindelijk een kritische noot 🙂
@Wil, ik ben toch wel iets vaker kritisch geweest toch?