Waar te beginnen? De naam Rubens (1577-1640) behoeft weinig toelichting. En al is het KMSKA (Koninlijk Museum Schone Kunsten Antwerpen) al een eeuwigheid dicht, ik kan me nog herinneren hoe we met de academie daarheen gingen om ons te vergapen aan de gigantische panelen van Rubens aldaar. Elders hangen in Antwerpen in de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal een viertal gigantische werken van hem waaronder twee top drieluiken. Veel met zijn weelderigheid heb ik niet, maar indrukwekkend zijn zijn werken zeker. Niet alleen vanwege het formaat en zijn productiviteit, het zijn compacte composities die zich als films weten te ontvouwen. Er zijn er slechts weinigen die hem dat nagedaan hebben.
Maar goed, die grote panelen en doeken kwamen natuurlijk niet uit de lucht vallen. In het Boijmans hangen in de vaste collectie een aantal schetsen, compact bij elkaar. Omdat het klein en nogal bruinige paneeltjes zijn vielen ze je wellicht nooit zo op tussen al die andere klassiekers. Maar voor mij waren ze altijd het moment om even te zien met hoe weinig middelen, en hoe eenvoudig, Rubens hele complexe composities wist te schetsen. De enige kleur die hij nodig had was wat blauw en roze en ineens werd het een overtuigende aanzet voor een groter werk.
Het Boijmans gaat dus een aantal jaar dicht en heeft besloten om nog één keer te knallen met Pure Rubens. Een overzicht van een 65 olieverfschetsen van de hand van Rubens. Want, al die grote meesterwerken, daar werden dus assistenten voor gebruikt. Rubens zette de schets, de leerlingen werkte het uit en als het bijna klaar was kwam de meester voor de final touches. De schetsen zijn echter wel altijd volledig van de hand van Rubens.
Over het waarom van de schetsen wordt veel aandacht besteed in de tentoonstelling, maar dat is eigenlijk het minst interessante. Of het nu daadwerkelijk als schetsen bedoeld waren, of om klanten een beeld te geven wat ze gingen krijgen, of simpelweg voor Rubens’ eigen plezier maakt niet zo heel veel uit. Het meest interessante is om te volgen hoe hij die schetsen opzette. Hoe hij met weinig middelen uiterst vlot complexe composities inzichtelijk wist te maken. Hoe weinig kleur hij nodig had om kleur te suggereren en de samenhang te behouden. En vooral, hoe hij die filmisch dramatische beelden ontwikkelde. In een aantal gevallen is ook het uiteindelijke werk getoond en dan valt op dat er veel energie verloren is gegaan met de uiteindelijke uitwerking. Onbegrijpelijk is dat niet, de tijd was nog niet klaar voor het impressionisme dat sommige van zijn schetsen had. Des te interessanter zijn die schetsen. Niet alleen omdat ze daadwerkelijk van zijn hand zijn, maar omdat het een van de beste schilders ooit was die daar zijn kunnen op etaleert.
Het Boijmans gaat dus dicht, maar deze tentoonstelling is absoluut de moeite waard. Je hebt nog tot 13 januari. Enige haast is dus geboden.
Laat een reactie achter;