Straatnamen zijn in het Westen heel gebruikelijk. Je hebt een weg en die krijgt een naam. De huizen aan de ene zijde krijgen de even getallen, de andere de oneven. Simpel. Iedereen weet waar hij moet zoeken op basis van die logica.
In Japan doen ze het anders, daar heeft de straat geen naam, maar het blok waar de gebouwen aan zitten. De nummers verlopen vervolgens van wanneer het pand gebouwd is. Het eerste voltooide huis krijgt dus de 1, de tweede een 2 en zo voorts. Dat betekend dus ook dat het zo maar kan zijn dat tussen nummer 1 en 2, het nummer 45 gebouwd wordt. Hoewel dat wat verwarrend klinkt is het dat niet per se. Ik heb wel eens aan de verkeerde kant van een gracht in Amsterdam gestaan. Dan moet je een behoorlijk eindje fietsen naar de andere kant van de stad. In Japan was je gewoon direct bij het goede blok gaan zoeken.
Maar het ontbreken van namen voor de straten doet ook iets met je. Het maakt dat de wegen een daadwerkelijk openbare ruimte zijn. Ze zijn niet geclaimd, geen stempel of kader, maar een publieke verantwoordelijkheid. Hoewel we er zelden bij stilstaan, de straat is eigenlijk een niet-ruimte. Een plek waar we nooit zijn, maar altijd onderweg van punt a naar punt b. Hoe interessant zou het zijn als de straat dan daadwerkelijk a-politiek zou zijn? Van niemand, en tegelijk van iedereen?
Jeroen Jongeleen (1967) won recent de Brutus-prijs die in het leven geroepen is door Joep van Lieshout (bonuspunten voor Joep) met onder andere een solotentoonstelling bij AVL Mundo in het BarBAAR deel (nog meer bonuspunten voor Joep).
Ik ken Jongeleen als iemand die vaak actief is in het politieke domein. Maar wie de video’s ziet waar hij nu rondjes rent doen op het eerste gezicht niet als activistisch aan, eerder poëtisch. Als de Sissyphus die doelloos steeds maar weer de steen de berg op moet dragen zie je Jongeleen rondjes rennen in diverse landschappen. Net zo lang, totdat de sporen ervan in het landschap staan.
Net als Sissyphus is het kunstenaarschap tamelijk zinloos. Er zijn weinig kunstenaars die de wereld echt veranderd hebben. Toch, beginnen we er steeds maar weer aan. En zo zien we Jeroen ook doelloos rondjes rennen.
De graffiti tekstwerken en de contact van de locatie plaatsen de films echter direct in een ander perspectief. Hij is niet zomaar rondjes aan het rennen maar doet dat op plekken waar je normaliter helemaal niet kan of zelfs mag rennen. Of, filmen. Want dat is met de huidige droneregelgeving ook nog wel een dingetje. Het zijn allemaal plekken die geclaimd zijn, die ondanks dat ze buiten iemand huis zijn toch een eigendom zijn en dus helemaal niet openbaar. Hier laat Jongeleen letterlijk en figuren zijn sporen na, op onmogelijke plekken. Hij laat daarin zien dat hij er is, en dat hij iets kan doen met die plek.
Hoewel het kunstenaarschap misschien niet direct zinvol is, doen al die kleine stapjes er wel toe. Sissypus duwde dan wel steeds dezelfde steen naar boven, er gebeurt iets. Iets dat misschien uiteindelijk een heel groot verschil kan maken in deze wereld.
Ik vraag me af, stel nu dat we ook stoppen met de straten een naam te geven. Hebben we misschien dan wel een openbare plek, eentje die niet politiek beladen is? En wat zou er dan mogelijk zijn?
Killroy was here
Toen ik een jaar of tien was wandelde ik op een dag door ons dorp. Ik liep een straatje in dat eigenlijk bedoeld was voor het laden en lossen van een rijtje winkels, de magazijnen hadden hun deuren op het straatje. Het was niet echt privé noch openbaar. Halverwege zei een winkelier tegen mij “Je mag hier niet lopen”, als antwoord gaf ik “Dat staat nergens”, waarop de winkelier reageerde met “Er staat ook niet dat je hier wel mag lopen. Daarop wees ik naar de weg die achter een ijle haag met struiken te zien was. Een straat die onbetwist openbaar was en zei daarbij: “Dat staat er daar ook niet”. Tegen zoveel logica was de winkelier niet bestand. Ik mocht doorlopen….
De herinnering is me altijd bijgebleven. Straten met namen en huisnummers zijn eigenlijk altijd openbaar. Een vrije ruimte waar je mag zijn. In andere gevallen weet je het nooit. Is het openbaar of privé. Mag ik er lopen of niet. Moet ik me aan bepaalde regels houden? Eigenlijk ben je dan nooit vrij maar vogelvrij…
Overigens dank voor dit verslag. Ik ben spoorslags richting Rotterdam gegaan en heb de expositie nog kunnen zien. Ik was erg onder de indruk. Goede foto’s ook.