Met het licht van enkel één lucifer kun je een hele ruimte vullen. Alle hoeken en gaten zijn gevuld met licht. Slechts degene die de lucifer vasthoudt zal een schaduw werpen en zo een gedeelte van de ruimte open laten.
Eenzelfde soort helderheid en toon is nu te zien bij Annet Gelink Gallery. Met eenvoudige ingrepen die alles behalve complex zijn worden ruimtes gevuld. Niet alleen letterlijk maar vaak ook met die poezie. Op het eerste moment zie je alleen de lucifer, een klein doodnormaal stukje hout. Maar als je goed kijkt en nadenkt, dan ontvlamt er toch wat aan betekenis. En dat op een heel heldere manier.
Zo is het licht wat aan en uit gaat (letterlijk) van Sarah van Sonsbeeck (1976) overduidelijk gekoppeld aan tijd en de ruimte. De foto’s zijn ook niet allemaal even helder vanwege het zachte licht wat soms aan en uit gaat en zo de hele ruimte vult. Maar ook de 365 Gerbra’s van Anya Gallaccio (1963) vullen een hele ruimte en verwijzen overduidelijk evenzogoed naar tijd. Het langwerpige marmere werk van Antonis Pittas (1973) bestrijkt bijna de gehele ruimte over de diepte en het kan haast niet anders dan dat je er bijna over struikelt als je binnenkomt in de galerie. Het woord implementation staat er met potlood op geschreven en het slijpsel wat tegen het marmer aanlicht van het grafiet lijkt elk moment weg te kunnen waaien.
Zo hebben alle werken een bepaalde ruimtelijke werking en verbintenis met de tijd. Nu zullen ze lang niet allemaal direct in betekenis en helderheid ontvlammen. Maar dit is wel een tentoonstelling die laat zien hoe je met enkele lucifers hele ruimtes kunt verlichten, waaronder die van je eigen hoofd en geest.
De tentoonstelling is nog te zien tot en met 23 februari bij Annet Gelink Gallery te Amsterdam.
Ik kom hier nu via Facebook, en dan valt me op hoe ontzettend veel beter de foto’s op je blog zijn. Wat ik wil zeggen: link iedereen direct door naar je blog, en niet naar je FB-pagina.
Prachtig werk dit, trouwens! Ik weet niet zo snel wat me het meest aanspreekt, maar kies uiteindelijk voor het Baltisch-koele, en toch zo geile marmer van Pittas